Grenenhouten trappen

De Grove Pijn, de officiële Nederlandse naam voor Grenen, groeien voornamelijk op het noordelijk halfrond. Echter, ze groeien ook Chili, Brazilië, Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland, Midden- en Zuid-Europa… Eigenlijk zijn ze overal wel te vinden, maar met eigenschappen die de grond met zich mee brengt.

Grenen: Pynis Sylvestris

De Pynis Sylvestris, de latijnse naam van Grenen, wordt zo’n 35 meter hoog en tussen de 30 en 50 cm dik. De stam is recht en rond, de takken groeien op ongeveer 10 meter hoogte. Natuurlijk is afhankelijk van het groeigebied van de Grenen. Bij het zagen van Grenen kan een aangename hars of terpentijn vrijkomen. Deze geur verdwijnt na een tijdje, maar is altijd aanwezig bij bewerking.

Bij vers kernhout is de kleur lichtbruin tot roodbruin-geel en het spinthout is wit tot witgeel. Beide worden donkerder door het licht. Op dosse heeft het een duidelijke vlamtekening, op kwartier een streeptekening. Op dosse zijn vaak hele fijne streepjes te zien, dat zijn de harskanaaltjes. Harsconcentraties zien eruit als donkere vlekken. Meestal is de draad recht en de nerf (matig) fijn.

Voorbeelden van grenenhouten trappen